Eigen bijdrage pensioen
Werknemersbijdrage pensioen
Bij de meeste werkgevers betalen de medewerkers mee aan de kosten van de pensioenregeling. Dit noemen we de werknemersbijdrage, pensioenbijdrage werknemer of eigen bijdrage pensioen. Een werkgever houdt de werknemersbijdrage in op het brutosalaris van de medewerker. In dit artikel staan wij stil bij een aantal belangrijke aandachtspunten met betrekking tot deze eigen bijdrage.
Hoe wordt de eigen bijdrage voor het pensioen berekend?
Als een werkgever verplicht is om de pensioenregeling, voor de medewerkers, bij een bedrijfstakpensioenfonds onder te brengen dan is de werknemersbijdrage meestal ook verplicht vastgesteld. Een werkgever kan hier dan veelal niet van afwijken. Als een werkgever niet verplicht deelneemt aan een bedrijfstakpensioenfonds, maar een pensioenregeling heeft afgesloten bij een pensioenverzekeraar of een premie pensioen instelling (ppi), dan kan de werkgever zelf de inhoud van de pensioenregeling bepalen. De eigen bijdrage die de medewerkers betalen kan dan naar eigen inzicht worden vastgesteld.
Grofweg kan een werknemersbijdrage worden uitgedrukt in een percentage van het pensioengevend salaris of - als er sprake is van een beschikbare premieregeling - een percentage van de pensioenpremie voor het ouderdomspensioen en partnerpensioen na pensioendatum (ook wel de staffelpremie genoemd). De eigen bijdrage van de medewerkers en de werkgeversbijdrage zijn communicerende vaten. Hoe lager de eigen bijdrage voor de medewerkers des te hoger de pensioenkosten voor de werkgever zijn.
Bij een werknemersbijdrage uitgedrukt in een percentage van de pensioenpremie – staffelpremie - voor het ouderdomspensioen is deze niet alleen afhankelijk van de hoogte van het salaris maar ook van de leeftijd van de medewerker. Een medewerker betaalt dan dus mee aan de kostenstijging die het gevolg is van het ouder worden (stijging van de staffelpremie).
De vraag die soms opkomt bij een leeftijdsafhankelijke werknemerspremie is of er mogelijk sprake is van een verboden leeftijdsonderscheid. Rechtbank Gelderland heeft hier in 2021 in een specifieke zaak over geoordeeld dat het leeftijdsonderscheid - dat optreedt in geval van een leeftijdsafhankelijke werknemersbijdrage - objectief gerechtvaardigd is.
De eigen bijdrage en het belastingvoordeel
Voor de werknemersbijdrage geldt de zogenaamde “omkeerregel”. Dit betekent dat de pensioenpremie, die wordt ingehouden op het brutosalaris, fiscaal aftrekbaar is en de pensioenuitbetalingen pas belast zijn op het moment van uitkeren. De werknemersbijdrage mag door de werkgever op het brutoloon worden ingehouden. Hiermee bespaart de werknemer (loon)belasting. Een werknemersbijdrage van € 100 bruto per maand kost de werknemer dan feitelijk maar ongeveer
€ 63. Een voordeel dus van zo’n 37%. Het exacte voordeel is afhankelijk van de hoogte van het salaris en kan zelfs oplopen tot 49,5% (bij een belastbaar inkomen van meer dan € 69.398 in 2022).
Daar staat tegenover dat de (maandelijkse) pensioenuitkering die de werknemer t.z.t. ontvangt wordt belast met inkomstenbelasting. Echter, in veel gevallen is deze belastinginhouding (fors) minder dan de belastingbesparing zoals deze hiervoor is besproken. Dit komt omdat er vanaf het moment dat iemand de AOW-leeftijd bereikt er geen premie voor de AOW meer hoeft te worden betaald (17,9% over € 35.472 in 2022). Per saldo levert de eigen bijdrage pensioen dus altijd belastinguitstel en meestal belastingvoordeel op. Bovendien telt pensioenkapitaal niet mee voor de vermogensbelasting (box 3).
Hoeveel procent eigen bijdrage pensioen?
Wat is de gemiddelde eigen bijdrage pensioen voor werknemers in Nederland? Dit is een vraag die ons regelmatig wordt gesteld. Helaas kan hier niet zomaar een eenduidig antwoord op worden gegeven. De hoogte van de eigen bijdrage verschilt per pensioenregeling. Hierbij moet een onderscheid worden gemaakt tussen pensioenregelingen die verplicht door een pensioenfonds worden uitgevoerd en pensioenregelingen die bij pensioenverzekeraars of ppi’s zijn afgesloten. Bij de laatste groep varieert de eigen bijdrage voor de werknemers veelal tussen de 30% en 60% van de pensioenpremie. Het is ook mogelijk dat een werknemer geen eigen bijdrage betaalt. In dat geval is er sprake van een premievrij pensioen. Aan de andere kant kun je zelfs afspreken dat een werknemer de gehele pensioenregeling betaalt. Bijvoorbeeld een startende werkgever die wel een pensioenregeling faciliteert maar hier (nog) niet aan kan of wil bijdragen. De werknemersbijdrage mag trouwens nooit hoger zijn dan de totale pensioenpremie. Bij de invoering van de Wet Arbeidsmarkt in Balans werd aangegeven dat de gemiddelde pensioenpremie die werkgevers betalen 14,6% van het pensioengevend salaris is (in 2022 zelfs oplopend tot 15,8%). Let op: dit betreft ook alle werkgevers die onder de werkingssfeer van een verplicht bedrijfstakpensioenfonds vallen.
Vrijwillige werknemersbijdrage pensioen
Het is ook mogelijk een vrijwillige werknemersbijdrage op te nemen in de pensioenregeling. Dit wordt “bijspaarregeling of bijspaarmodule” genoemd. Een bijspaarregeling kan worden opgenomen in een pensioenregeling naast een verplichte werknemersbijdrage.
Een bijspaarregeling biedt werknemers de mogelijkheid om een aanvullend pensioen op te bouwen bovenop de basisregeling. Hiervoor geldt hetzelfde belastingvoordeel als voor de verplichte werknemersbijdrage (de reeds genoemde omkeerregel). Bovendien profiteert de medewerker van het professionele vermogensbeheer van de uitvoerder waarbij het beleggen specifiek gericht is op het doel, namelijk pensioen. Dit betekent dat de beleggingsmix automatisch wordt aangepast aan de leeftijd van de medewerker. Feitelijk wordt het beleggingsrisico verlaagd naarmate iemand dichter bij de pensioendatum komt.
Naast het belastingvoordeel profiteert de medewerker ook van een kostenvoordeel door deel te nemen aan de bijspaarregeling. Immers, als men zelf in de markt op zoek moet naar een geschikt pensioenproduct dan kost dit tijd en vaak zal ook een adviseur worden ingeschakeld die kosten doorberekend. Extra sparen in de bestaande pensioenregeling is dan wel zo voordelig. Bijsparen kan overigens alleen als er voldoende fiscale ruimte is.
Vastleggen werknemersbijdrage pensioen in de arbeidsovereenkomst
Het is erg belangrijk dat de werknemersbijdrage goed wordt vastgelegd in de arbeidsovereenkomst. Sterker nog, dit is een expliciete voorwaarde voor een werkgever om de werknemersbijdrage te mogen inhouden op het salaris van de medewerker.
Het is dus essentieel dat in de arbeidsovereenkomst of het pensioenreglement de eigen bijdrage wordt overeengekomen. Wij zien vaak dat in de arbeidsovereenkomst alleen wordt genoemd dat er een pensioenregeling is waarbij vervolgens voor de inhoud van de regeling (waaronder dus de werknemersbijdrage) wordt verwezen naar het pensioenreglement; waar vervolgens wordt vermeld dat deze in onderling overleg wordt bepaald. Dit is dus veel te summier en onduidelijk en leidt vroeg of laat zeker tot conflicten. Beter is het dus om de werknemersbijdrage expliciet in de arbeidsovereenkomst op te nemen waarbij ook de methode volledig wordt beschreven. Onze pensioenconsultants helpen u graag bij het opstellen van een juiste tekst voor de arbeidsovereenkomst. Neem gerust contact met ons op.
Een werkgever mag de eigen bijdrage van een medewerker niet éénzijdig aanpassen. De eigen bijdrage is onderdeel van de arbeidsovereenkomst en wijziging hiervan kan alleen met wederzijds goedvinden. Hierbij kan de werkgever mogelijk een compensatie verschuldigd zijn.
Auteur: Jacco Groothuis (senior pensioenconsultant bij Transparans Pensioenconsultants)
Dit artikel is opgesteld naar de stand van zaken op 10 maart 2022